Begrijpend leesniveau (BLN) 
Het begrijpend leesniveau is de maat die het algehele tekstniveau van een leerling uitdrukt, in vergelijking met de landelijke norm. De BLN-score duidt op het algehele begrijpend leesniveau van schoolboekteksten. Deze score plaatst de prestatie van de leerling op een algemene ontwikkelingsschaal. De gemiddelde leerling heeft bij instroom in het voortgezet onderwijs een BLN van 61. Hiermee wordt het aantal maanden (lees)onderwijs uitgedrukt dat deze leerling dan achter de rug heeft. Bij een havo- of vwo-leerling is de BLN echter 71. Per leerjaar gaat de gemiddelde leerling er tien maandpunten op vooruit. De BLN’s zijn gerelateerd aan moeilijkheidsgraden van teksten.

Verwachte BLN-scores per niveau per leerjaar

Niveau

BLN instroom

BLN uitstroom

PO Groep 8 en vmbo 1

51

61

havo en vwo 1

71

80

havo en vwo 2

81

90

havo en vwo 3

91

100

 

NB: Op het Oostvaarders College worden havo- en vwo-leerlingen getest op hetzelfde niveau. Om deze reden hanteren wij voor de havoleerlingen een marge van 5 die naar een lager niveau wijst. Dat wil zeggen dat een havoleerling pas onder niveau presteert als er in jaar 1 onder de 66, in jaar 2 onder de 76 of in jaar 3 onder de 86 wordt gescoord.

____________________________________________________

Micro-, meso- en macroscore

De microscore geeft het begrip op woord- en zinsniveau aan.

De mesoscore geeft aan in hoeverre een leerling in staat is tot het adequaat combineren van informatie uit de verschillende zinnen/tekstgedeelten, meestal binnen een alinea.

De macroscore geeft het begrip van de tekst in zijn geheel aan; het begrijpen van hoofdgedachte, opbouw, functie en strekking van de tekst. 

 

BEGRIJPEN

INTERPRETEREN

EVALUEREN

SAMENVATTEN

 

van woorden

verbanden leggen

beoordelen op tekstueel en boven-tekstueel niveau

van een alinea

 

van zinnen

integratie met algemene kennis

de tekst als bron

van een tekstdeel

relaties leggen tussen tekstelementen

herkennen auteursperspectief

   

hoofd- en bijzaken

     

tekstdoel en tekstfunctie

     

 

microniveau

mesoniveau

macroniveau

 

Lezerstype 
Van zwakke lezers geeft de Diataaltest een lezerstype aan.

De probleemlezer is iemand die een zeer zwakke totaalscore heeft.

De compenserende lezer heeft moeite met begrip op microniveau. De onvoldoende microscore wordt gecompenseerd door een relatief sterke meso- en macroscore.

De schoolse lezer heeft een voldoende microscore, maar een zwakke meso- en macroscore.

_________________________________________________________________________________

Vaardigheidsgroep 
De vaardigheidsgroep drukt het niveau van een leerling uit in relatie tot leerlingen van hetzelfde schooltype. Vaardigheidsgroep A geeft aan dat de leerling sterk is in tekstbegrip ten opzichte van zijn medeleerlingen van hetzelfde schooltype, vaardigheidsniveau E geeft aan dat het een zwakke leerling betreft. Het behaalde BLN van de leerling bepaalt in welke vaardigheidsgroep de leerling terecht komt.

A 75 - 100% Goede lezers 
B 50 – 75%   
C 25 - 50% 
D 10 - 25% 
E 0 – 10% Zwakke lezers

Doordat Diataal een leerlingvolgsysteem is, is de indeling in vaardigheidsgroepen afgestemd op leerjaar 1, 2 of 3. Een BLN-score van 74 door een havo/vwo-leerling in leerjaar 1 betekent dat een leerling wordt ingedeeld in groep A. Zou dezelfde leerling een BLN van 74 halen in leerjaar 2, dan wordt de leerling ingedeeld in een lagere vaardigheidsgroep. Dezelfde BLN-score leidt dus niet altijd tot indeling in dezelfde vaardigheidsgroep; de vaardigheidsgroepindeling is afhankelijk van het leerjaar, omdat een per schooljaar uiteraard een bepaalde vooruitgang moet zijn geboekt. 
__________________________________________________________________________ 

Referentieniveaus  
De Diataaltesten bestrijken een gedeelte van de Referentieniveaus, zoals die zijn opgesteld door de Commissie Meijerink (http://www.slo.nl/nieuws/dll/). De resultaten op de Diataaltesten geven informatie over het niveau waarop leerlingen functioneren op de schoolse taalvaardigheid begrijpend lezen. De referentieniveaus en de BLN-scores uit Diataal corresponderen als volgt:

·     Referentieniveau 1F correspondeert met BLN 60 (eind Primair Onderwijs voor doorstroom VMBO)

·     Onderweg van 1F naar 2F met BLN 65 (eind Primair Onderwijs voor doorstroom HAVO)

·     Onderweg van 1F naar 2F met BLN 70 (eind Primair Onderwijs voor doorstroom VWO)

·     Referentieniveau 2F correspondeert met BLN 90 (begin leerjaar 3 havo/vwo)

·     Onderweg van 2F naar 3F met BLN 100 ( eind leerjaar 3 havo/vwo)

--------------------------------------------------------------------------------------------------------

·     Referentieniveau 3F (eind leerjaar 5 HAVO)

·     Referentieniveau 4F (eind leerjaar 6 VWO)

De meeste havo/vwo-leerlingen zijn dus al voorbij 1F als ze op het Voortgezet Onderwijs beginnen. Dit moet ook, omdat de tocht naar 3F en 4F in vijf tot zes jaar tijd moet worden afgelegd. Bij referentieniveaus 3F en 4F staan geen corresponderende BLN’s, omdat de Diataaltesten op dit moment uitsluitend voor de onderbouwklassen zijn ontwikkeld.